Inhoud - Cursus Babyspecialist
De cursus Babyspecialist bestaat uit de volgende 7 modules:
Module 1 – Het babybrein
In deze module verdiep je je in de werking van het babybrein en het gedrag van baby's. Je leert welke cruciale factoren invloed hebben op deze vroege ontwikkeling, zoals hechting, stimulatie, interactie, voeding, slaap en stress. Veel van deze factoren kun je als babyspecialist beïnvloeden.
Module 2 – De groei en fysieke ontwikkeling van een baby
Deze module behandelt de fysieke groei en ontwikkeling van baby's. Je krijgt inzicht in de lichamelijke ontwikkeling, van lengte- en gewichtstoename tot motorische en zintuiglijke vaardigheden. Dit is essentieel om de gezondheid te monitoren en de juiste zorg te bieden. Je leert over spierontwikkeling, reflexen en hun rol in motorische vaardigheden. Het begrijpen van grove en fijne motoriek helpt bij het creëren van een stimulerende omgeving. Daarnaast focust de module op zintuiglijke ontwikkeling, zoals zicht, gehoor, reuk, smaak en tastzin, die elk bijdragen aan het ontdekken van de wereld.
Module 3 – Sociaal-emotionele ontwikkeling van een baby
In de derde module richt je je op de sociaal-emotionele ontwikkeling van baby's. Je leert stresssignalen herkennen en behandelen en krijgt inzicht in hoe temperament de persoonlijkheid van baby's beïnvloedt. Je bespreekt de stadia van sociale ontwikkeling volgens Erik Erikson, zoals het opbouwen van vertrouwen en autonomie, en benadrukt het belang van sensitieve responsiviteit. Je krijgt praktische tips om een veilige en stimulerende omgeving te bieden en leert omgaan met stresssignalen zoals scheidingsangst en huilen door voorspelbare omgevingen en vaste routines te creëren.
Module 4 – De cognitieve en taalontwikkeling van een baby
In deze module staat de cognitieve en taalontwikkeling van baby's centraal. Je leert hoe baby's hun omgeving waarnemen, begrijpen en ermee omgaan, en hoe ze taal verwerven en communiceren. Je verkent het 'sensomotorisch stadium', waarin baby's zich richten op zintuiglijke ervaringen en motorische handelingen, en de mijlpaal van objectpermanentie. De module behandelt ook het 'voortalige stadium' van taalverwerving, inclusief geluidsproductie, brabbelen en het gebruik van gebaren. De nadruk ligt op hoe je als babyspecialist baby's kunt ondersteunen tijdens deze ontwikkelingsfasen door middel van interactie, herhaling en responsief taalgebruik.
Module 5 – De verzorging van een baby
Deze module focust op de verzorging van baby's met respect voor hun autonomie. Je leert hoe je een veilige en ondersteunende slaapomgeving creëert en je eigen gezondheid en veiligheid waarborgt. Sensitief reageren op de signalen en behoeften van baby's, zoals oogcontact en praten, komt aan bod. Je herkent slaapsignalen en biedt consistente slaaprituelen. Ook leer je ergonomische technieken om fysieke belasting tijdens de verzorging te minimaliseren, wat belangrijk is voor jouw welzijn.
Module 6 – Begeleiden van spel en activiteiten bij baby's
In deze module staat het begeleiden van spel en activiteiten bij baby's centraal. Je leert over Vygotsky's 'zone van naaste ontwikkeling', waarin het belang van ondersteuning binnen het leerbereik van baby's wordt benadrukt. Je leert hoe je passend speelgoed kiest dat baby's uitdaagt en activiteiten creëert die hun nieuwsgierigheid prikkelen, met aandacht voor veiligheid en bewegingsvrijheid. Ook het observeren en begeleiden van interacties tussen baby's, volgens de drie V's (verkennen, verbinden en verrijken), komt aan bod. Deze technieken helpen je om in te spelen op de behoeften en interesses van de baby en interactieve speelervaringen te bevorderen.
Module 7 – Oudercontact
In de laatste module ligt de focus op het observeren en registreren van de ontwikkeling van baby's. Je leert werken met kindvolgsystemen die de motorische, cognitieve, taal- en sociaal-emotionele ontwikkeling vastleggen. Ook ontwerp je activiteiten die aansluiten bij de behoeften van de baby. Er is veel aandacht voor het welbevinden van de baby en ouderbetrokkenheid, waarbij goede communicatie met ouders cruciaal is. Je leert ook omgaan met het wennen en de breng- en haalmomenten, en hoe je deze momenten positief kunt beïnvloeden.
